1917 Zuidwolde (Gr.) Gereformeerde kerk
Foto's: Albert Valstar
1917: Nieuw orgel door Standaart. Ingebruikname op 17 augustus 1917
Dispositie oud (pneumatisch):
Prestant 8, Bourdon 16, Roerfluit 8, Gamba 8, Vox Celeste 8, Octaaf 4, Fluit 4,
Woudfluit 2, Mixtuur 4-6 st, Trompet 8
Pedaal aangehangen (06)
Bericht uit het tijdschrift "Het Orgel" van september 1917 en De
standaard 20-08-1917
1933: Op 24
maart schrijft Mense Ruiter dat hij hoorde dat er sprake was van het
plaatsen van een windmachine. Ruiter heeft ter plekke gesproken met de organist.
De windmachine kan worden geplaatst aan de achterzijde tegenover de speeltafel.
De hanpomp inrichting kan gewoon blijven bestaan. Er zijn twee types
windmachines; op draaistroom en een versie die gewoon op het lichtnet kan worden
aangesloten. In de offerte wordt een aantal types genoemd voor prijzen tussen de
f 200,- en f 300,-. Het aanleggen van een leiding varieert van f 38,50 tot f
14,50, Verder worden de jaarlijkse kosten genoemd en de voordelen opgesomd. (07)
1959: In het archief
noteert mevr. Ruiter de
dispositie zoals Mense Ruiter die in 1959 noteerde:
Bourdon 16, Prestant 8, Roerfluit 8, Viola da Gamba 8, Vox Celeste 8, Octaaf 4,
Fluit Douce 4, Woudfluit 2, Mixtuur, Trompet 8
Pedaal: Subbas 16
Van 19 augustus dateert een
offerte voor een restauratie van het orgel. De volgende werkzaamheden worden
genoemd:
- Schoonmaak en behandeling tegen houtworm
-Blaasbalgpanelen herstellen en de binnenventielen vernieuwen
- windlade uit elkaar nemen en de membranen vernieuwen
- losgeraakte delen van de pedaalkas herstellen
- pnematiekbuizen herstellen
- planken onder de buizenbundels aanbrengen om verzakken te voorkomen
- herstel van de trompet, die slecht gesoldeerd is en de stemkrukken gangbaar
maken, ophanging verbeteren
- pijpwerk opnieuw stemmen
De kosten worden begroot op f 2376,- met een reservering van f200,- voor
tegenvallers
Pedaalkoppel, Octaafkoppel en Tremulant (07)
1960: Op 22
april wordt de eerste termijn van f 600,- in rekening gebracht. In de
begeleidende brief zegt
Ruiter toe om op 1 mei met de werkzaamheden te starten. Op 2 mei wordt de tweede
termijn in rekening gebracht. Op 16 mei volgt al de derde termijn omdat de
werkzaamheden halverwege zijn.
Op 30 juni bericht Ruiter
dat hij de restauratie nog niet kan afronden. De lade is in een slechtere
toestand dan gedacht. Er is twee extra dagen nodig. In een apart
schrijven legt Ruiter het
door hem te plegen onderhoud uit.
Op 4 juli stuurt Ruiter de
eindafrekning. De kosten beliepen f 2664,60. Er resteert een laatste betaling
van f 864,60. In een begeleidende
brief legt Ruiter uit dat
de restauratie van de windlade nogal tegen viel en meer kostte dan de stelpost
van f 200,- De werkelijke kosten bedroegen f 304,98. Ruiter brengt echter alleen
de afgesproken f 200,- in rekening. (07)
1978: Ombouw door Fa. M.Ruiter. Uit oud en nieuw
materiaal werd een nieuw binnenwerk samengesteld op een nieuwe mechanische
sleeplade.
De kast is in imitatie-eiken geschilderd.
Dispositie na de ombouw (in ladevolgorde): (06)
Manuaal (C-f") | Pedaal (C-d’) |
Prestant 8 vt (oud) | Bourdon (oud) |
Roerfluit 8 vt (C-H nieuw) | Trompet (oud) |
Cornet 3st. (disc) (uit oude Mixtuur | |
Octaaf 4 vt (oud) | |
Octaaf 2 vt (nieuw) | |
Fluit 4 vt (oud) | |
Sifflet 1 vt C – f’’ oud, f’’ – f’’’ nieuw waarsch. pijpw uit Woudfluit 2 | |
Mixtuur 3-4st (nieuw) | |