1933 Saaksum Hervormde kerk
1933: Plaatsing van een gebruikt orgel door A. Standaart, dat
afkomstig was uit een Gereformeerde kerk in Dordrecht.
Het kreeg frontpijpen van zink. Het middendeel van de galerij werd naar voren
vergroot om voldoende ruimte te krijgen voor orgel en de ervoor staande
speeltafel.
Het orgel was rond de eeuwwisseling in genoemde Dordtse kerk geplaatst, na
mogelijk daarvoor in een R.K. kerk gestaan te hebben.
Vermoedelijk is het instrument van Duits fabrikaat, gezien de vondst van de
inscriptie “Gottlieb Früh 1899” op een klos tijdens de laatste restauratie.
Of dit een aanwijzing vormt voor bouwer en bouwjaar is onduidelijk. (01)
Nieuwe Leidsche Courant | 13 februari 1933 | pagina 8 (8/8)
Bericht uit Nieuwsblad van het Noorden 02-03-1933 waar ten onrechte melding
wordt gemaakt van een "nieuw" pijporgel.
De standaard 17-02-1933
Reliwiki foto van
1942: H.G. Kamphuis plaatst een nieuwe Tremolo. (01)
1952: Kamphuis snijdt de Salicionaal 8 vt en de Gamba 8 vt af
tot Quint 2 2/3 vt, resp. Terts 1 3/5 vt, dit op verzoek van de toen juist
benoemde organist H.J. Poort. (01)
1972: Door de restauratie van de kerk in 1972 raakte het orgel
onbespeelbaar. (01)
1983: A.H. de Graaf restauratie. Daarbij werd een en ander
gewijzigd: de oude mechanische kegellade bleek niet meer herstelbaar en werd
vervangen door een gebruikte sleeplade (circa 1900 gemaakt door de Fa. Franssen
voor Hilversum, Lutherse kerk), welke was aangekocht van de Fa. L. Verschueren.
De nieuwe lade maakte ook ingrijpende vernieuwing van de tractuur noodzakelijk.
De Fluit Dolce 4 vt werd vervangen door een andere Fluit (1849, H.B. Lohman;
gemaakt voor Wassenaar, Hervormde kerk).
De Terts werd weer verlengd tot Gamba en er werd een andere Salicionaal
geplaatst (1955, L. Rinkema; gemaakt voor Nijeveen, Hervormde kerk). Zie:
http://www.orgelsindrenthe.nl/nederlands/nijevhk.html
De samenstelling van de voorheen 2 sterke Mixtuur werd gewijzigd: twee koren
zijn nieuw, het derde koor is samengesteld uit (verlengde) bestaande
Mixtuurpijpen.
Er kwam een Tremulant, afkomstig uit de Gereformeerde kerk te Baam.
Het Pedaal kreeg een Subbas, waarvan de twaalf grootste pijpen stammen uit 1808
(H.H. Freytag, gemaakt voor Vollenhove. Hervormde kerk). Tenslotte werd een
nieuwe windmotor geplaatst.
Het orgel staat op een galerij boven de ingang; de kas is wit geschilderd. (01)
Dispositie:
Manuaal (C - f "'):
Prestant 4 vt
Salicionaal 8 vt
Gamba 8 vt
Holpijp 8 vt
Fluit 4 vt
Octaaf 2 vt
Mixtuur 2-3 st.
Pedaal (C - c'):
Subbas 16 vt
Nevenregisters: Tremulant, Pedaalkoppel
Windvoorziening: onderin de kas ligt een magazijnbalg. De winddruk bedraagt 68
mm.
Bijzonderheden: van de Subbas zijn de pijpen c - c' nieuw en daarvan zijn de
pijpen c - g gecombineerd met de Holpijp. (01)
De vrijstaande speeltafel bevindt zich voor het orgel en is zodanig opgesteld,
dat de organist met zijn rug naar het instrument zit.
2006: Tengevolge van waterschade is het orgel volledig
gerestaureerd door de heren L. Meijer uit Noordhorn en K. Schuitema uit
Dorkwerd. (02)
Bronvermelding: