1930? Winterswijk Hervormde Jeugdkerk
Voorgeschiedenis: In 1889 bouwde de Harense orgelbouwer Petrus
van Oeckelen een orgel voor de
Lutherse kerk te Breda.
Het binnenwerk en claviatuur van dit orgel werd in 1931 door de firma A.
Standaart geplaatst in de toenmalige hagelnieuwe Hervormde Jeugdkerk te
Winterswijk.
In de orgelkas die achterbleef in Breda werd, als doekje voor ‘t bloeden, nieuw
pijpwerk geplaatst door dezelfde firma.
De Nederlander 19-07-1930
1930: Standaart bouwde in Winterswijk om de achterzijde en
zijkanten van het Bredase binnenwerk een nieuwe kas.
De frontzijde kreeg een vreemde oplossing: in de muur is een driehoekige ruimte
uitgespaard, waarin een deel van het front is geplaatst. Schijn bedriegt, want
de afmeting van het werkelijke front is veel groter.
Zodoende staat het grootste deel van het orgel onzichtbaar, pal achter een muur,
opgesteld.
Het gevolg is tweeërlei: de klank kan niet weg de kerk in en het
temperatuurverschil tussen de (verwarmde) voorzijde van het orgel en
(onverwarmde) orgelzolder kan zeer groot worden, allerlei ontstemmingen en
storingen tot gevolg hebbende.
Het moge duidelijk zijn: het van Oeckelen-pijpwerk is nooit tot zijn recht
gekomen door de inferieure plaatsing in de Jeugdkerk. Het orgel verkeert
daardoor al bijna een kwart eeuw in praktisch onbespeelbare staat.
In het beleidsplan kerkmuziek van onze gemeente (maart 2006) werd voor het eerst
beleid beschreven om een visie te ontwikkelen hoe met dit historische instrument
om te gaan.
Eind 2007 verscheen er een eerste rapport. Het rapport werd gemaakt door dé Van
Oeckelen-expert bij uitstek, Peter van Dijk. Van Dijk stelt dat het Van Oeckelen
pijpwerk hoogwaardig is.
Zelfs nú nog, ondanks de deplorabele toestand van het orgel, is te horen dat het
gaat om prachtig, karakteristieke registers.
In feite bezit het pijpwerk uit 1889 monumentale allure. Met de originele kas
(die zich nog steeds in Breda bevindt) zou het instrument direct een
monumentenstatus verkrijgen.
Het Van Oeckelen-orgel in de Balinkes behoort tot het religieus erfgoed van onze
gemeente. Het was immers meer dan een halve eeuw het begeleidingsinstrument van
de samenzang in de Jeugdkerk.
Het restaureren en vitaliseren van dit orgel vormt een tastbaar, hoorbaar en
zichtbaar stuk rentmeesterschap van ons religieus erfgoed. Daarmee doen we recht
aan de wortels van de Protestantse Gemeente te Winterswijk.
We hebben een bijzonder instrument in ons bezit. Zo bijzonder dat er alle reden
toe is dit orgel een nieuwe toekomst te geven. Nu er voor de zondagse eredienst
geen gebruik meer wordt gemaakt van de Balinkes, verdient het orgel eerherstel
in de vorm van een zorgvuldige restauratie en herplaatsing in een kerkgebouw
waar het wél tot zijn recht kan komen. De beste plek daarvoor is in de Zuidbeuk
van de Jacobskerk. Op dezelfde plaats waar, aan de overzijde, de Noordbeuk, het
stiltecentrum is gelegen. Dáár zou het orgel, centraal in onze kerkelijke
gemeente en centraal in het Winterswijkse cultuurbereik, volledig tot zijn recht
kunnen komen. In een ‘fabelhafte’ akoestiek, met een voortreffelijke
klimaatbeheersing. Het zou van meerwaarde kunnen zijn in de kerkmuziekpraktijk,
maar zeker ook in de concertpraktijk. De Jacobskerk zal er nóg aantrekkelijker
door worden als concertlocatie. Ook zal het een meerwaarde zijn in de culturele
en kunsthistorische betekenis van de Jacobskerk. Naast religieuze en culturele
schatten uit meer dan een half millennium zou het Van Oeckelen-orgel een
prachtige aanvulling zijn bij het monumentale Naber/ Metzlerorgel uit 1831/1972.
In 2008 heeft de kerkenraad het licht op groen gezet om door te gaan met het
maken van plannen rond een nieuwe toekomst voor het Van Oeckelen-orgel.
Momenteel wordt een werkgroep gevormd die naar alle waarschijnlijkheid later
gestalte krijgt in een rechtspersoon. Want zoveel is wel duidelijk: wij kunnen
als PGW zo’n omvangrijk plan niet zelf dragen en uitvoeren, daarvoor ontbreekt
het ons aan specifieke kennis en middelen. Eén van de eerste zaken die gebeuren
moet is het maken van een officieel, door allerlei instanties geautoriseerd
rapport. Daarin wordt in detail de huidige staat en mogelijke toekomst van het
orgel beschreven. Het jaar van het religieus erfgoed heeft ons geleerd dat de
historie en toekomst van dit stuk PGW-erfgoed buitengewoon interessant is. U
gaat er de komende jaren vast meer van horen!
Tekst: Wim Ruessink en foto's Henk Vis (01)
Foto Janco Schout (02)
Nieuwe Leidsche Courant | 19 juli 1930 | pagina 5 (5/16) , De standaard
19-07-1930
Bronvermelding: