1919 Heerde Gereformeerde kerk
1901: Er werd een orgel aangeschaft. Vermoedelijk gebouwd
door van Dam.
1918/1920:
De groeiende gemeente had voortdurend te kampen met ruimtegebrek.In 1918 besloot
men een nieuwe veel grotere kerk te bouwen.
Orgelmaker Standaart uit Rotterdam kwam tot de conclusie dat het betsaande orgel
voor het nieuwe kerkgebouw onbruikbaar was.
Het bestaande orgel werd voor fl. 1100.- verkocht aan de
Gereformeerde Kerk van Nieuw-Weerdinge. Daar zou het Heerder orgel tot 1952
in gebruik blijven. In dat jaar werd het door een nieuw orgel van de firma
Reil uit Heerde vervangen. Wat er toen nog deugdelijk aan was werd in andere
orgels verwerkt.
Voordat de nieuwbouw begon werd in het bouwplan een wijziging aangebracht.
Aan de noordkant moest een uitbouw komen, zodat het nieuwe orgel in een nis
boven de preekstoel kon worden geplaatst.
Over het nieuwe orgel geven de notulen van juli 1918 de volgende informatie:
”De kerkeraad besluit een orgel te bestellen bij den heer Standaart in
Rotterdam gelijk aan het orgel van de Gereformeerde Kerk te Vlaardingen tegen de
prijs van fl. 3600.- af Rotterdam, exclusief transport”.
Dispositie:
Manuaal:
Prestant 8 vt, Bourdon 16 vt, Roerfluit 8 vt, Viola 8 vt, Vox Celeste 8
vt, Flute dolce 4 vt, Octaaf 4 vt,
Mixtuur 4 sterk Woudfluit 2 vt,
Trompet 8 vt,Tremulant
Pedaal:
Subbas 16 vt
Octaafkoppel
Koppel Pedaal-Manuaal
De organisten in die tijd waren M. Westenberg en M. Vermaat en er waren vier
orgeltrappers.
1931: De kerk, behalve het orgel, wordt aangesloten op het
elektrisch net. Notulen uit hetzelfde jaar maken gewag van jeugdige, niet altijd
even rustige orgeltrappers die vervangen werden door meer bezadigde broeders.
1936: Installatie van een elektrische windvoorziening door
Reil.
Al eerder had orgelmaker Reil, samen met R. Kamp uit Zwolle als adviseur, het
onderhoud van de firma Standaart overgenomen.
1938: Reil voert een schoonmaak uit en vervangt de
Trompet 8’ gedeeltelijk.
1946/1947:
Gedurende de oorlogsjaren raakte het orgel in verval. De organisten stelden in
1946 vast dat het zwakke gestel van het orgel de Tremulant niet kon verdragen.
In het jaar daarna werden de eerste plannen voor een modernisering en vergroting
van het orgel gemaakt. Dhr.Kamp en de organistenvereniging brachten weer advies
uit.
Zij zagen als oplossing een grondige restauratie en vernieuwing uit te voeren
door Pels uit Alkmaar.
De firma Pels een offerte uit met een prijs tussen de elf- en twaalfduizend
gulden.
Kort daarna kon de voorzitter van de kerkenraad, in bijzijn van de organisten
Westenberg en Vermaat, de definitieve offerte voorlezen.
De heer Westenberg had geadviseerd om het orgel met één stem uit te breiden.
Het offertebedrag was fl. 12.500.-, en met uitbreiding van één stem kwam
het eindbedrag op fl. 13.125.-.
De firma Pels vervaardigde een nieuwe orgel met gebruikmaking van een deel van
het Standaart-orgel.
Dispositie:
Manuaal I | Manuaal II | Pedaal |
1. Bourdon 16 vt* | 11. Prestant 8 vt | 19. Subbas 16 vt |
2. Prestant 8 vt* | 12. Gamba 8 vt* | 20. Octaafbas 8 vt. |
3. Salicionaal 8 v t | 13. Vox Caelestis* | 21. Gedekt 8 vt |
4. Roerluit 8 vt* | 14. Holpijp 8 vt | 22. Koraalbas 4 vt |
5. Octaaf 4 vt* | 15. Openfluit 4 vt | 23. Bazuin 16 vt |
6. Fluit 4 vt* | 16. Woudfluit 2 vt | |
7. Quint 2 2/3 vt | 17. Sexquialtera 2 sterk | |
8. Octaaf 2 vt 18. | Hobo 8 vt | |
9. Mixtuur 3-4-sterk* | ||
10. Trompet* |
Bronvermelding: