Epe, Gereformeerde kerk
1914 Levering door J. Proper van een gebruikt orgel.
1938: N.A. van Dam verplaatst het orgel naar de nieuw
gebouwde kerk. Het wordt geplaatst boven de preekstoel met een nieuw front.
De kosten bedragen Hfl 825,-
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche courant 09-04-1938
1950: Reil bouwt een "nieuw" orgel. Hij gebruikt de oude
windlade voor het tweede manuaal. Het oude pijpwerk wordt voor het grootste deel
geplaatst op het eerste manuaal. De oude Cello 8' werd omgewerkt tot Salicionaal.
De GOV was adviseur. Het orgel werd gebouwd met mechanische sleepladen en werd
zomer 1950 in gebruik genomen. De GOV trad op als adviseur. Het orgel werd
gebouwd met mechanische sleepladen en kon zomer 1950 in gebruik worden genomen.
Dispositie:
Hoofdwerk: Praestant 8' - oud, Bourdon 8' - oud,
Vlakfluit 4', Quint 2 2/3' - oud, Nachthoorn 2' - oud, Gemshoorn 1' - oud,
Cornet V sterk (discant) - oud, Trompet 8' - oud.
Bovenwerk: Holquintadena 8', Salicionaal 8' - oud,
Baarpijp 8', Prestant 4', Roerfluit 4', Octaaf 2' - oud, Mixtuur IV sterk (1').
Pedaal: Subbas 16', Praestant 8' - deels oud.
Koppelss: Hoofdwerk - Bovenwerk, Pedaal - Hoofdwerk, Pedaal - Bovenwerk.
Accessories: Tremulant. (02)
1970/1971: Het orgel wordt vervangen door een nieuw orgel van
de firma Koch.
Bronnen: